Het prachtige kruid |
Nu een paar dagen later kwam ik op het geniale idee om stiekem een paar takjes te stekken en mee te nemen naar huis. Vindt m'n tante vast niet erg... Het is ook beter om zo nu en dan wat takjes te oogsten. Daar wordt ie mooi bossig van. Twee vliegen in één klap!
(zo deed ik het overigens ook met lavendel)
(zo deed ik het overigens ook met lavendel)
Hoe ga je te werk...
Ik roei graag met de riemen die ik heb. Zodoende vond ik twee gebruikte champignon-bakjes in de zak met oud plastic. Ik waste ze af met water en vulde er één met gewone potgrond. Ervan uitgaande dat rozemarijn in de natuur ook niet slechts wortel schiet in stekgrond, ben ik daar niet speciaal voor naar een tuincentrum gefietst.
Een champignonbakje gevuld met potgrond (tot de rand is beter) |
Normaliter hoor je gaatjes in de bodem van het bakje te maken voor de afwatering. Nu doe ik dat niet, want deze stekjes moeten nog een reis maken naar de andere kant van het land. Ik hou de trein graag aardevrij!
Vervolgens zocht ik een paar mooie takjes uit. Je kunt het beste zijtakjes van een moedertak kiezen. De moedertak is houtig en komt uit de grond. Zijtakken beginnen bij een knoop en kunnen houtig of kruidachtig zijn.
Ik wijs een takje aan dat al aan het promoveren is tot tak |
Alle takjes beginnen als een buigzaam, groen steeltje (kruidachtig) en promoveren steeds meer tot een stevige tak met bast (houtig). Als experimentje koos ik twee jonge, kruidachtige takjes en twee oudere, houtige takjes. Ik trok de takjes van boven naar beneden van de moedertak. Het is mooi als de hiel meekomt.
Een afgescheurd zijtakje met hieltje |
De moedertak met zonder de afgescheurde zijtak ;-) |
Vervolgens scheur je de onderste blaadjes van de takjes af. Er moet tenslotte een stuk steel de grond in. Blaadjes die de grond raken gaan rotten en vragen daarbij onnodig om voeding. De stekjes moeten zich nu even focussen op de nieuwe wortels.
De afgescheurde zijtakjes zonder de onderste blaadjes |
Ik maakte met de achterkant van een lepel vier gaten in de aarde. Ik 'hing' de stekjes er 2-3 cm in en duwde met m'n andere hand de grond aan. De stekjes staan zoveel mogelijk tegen de rand van het bakje aan. Zo vermengen de wortels zo min mogelijk met elkaar. Daarbij hoop ik dat de wortels tegen de rand groeien. Zo kan ik precies zien wanneer ze klaar zijn om geplant te worden in m'n eigen tuin.
Als je goed kijkt zie je de vier gaten die ik met de lepel maakte |
De stekjes gepland |
Het tweede champignonbakje gebruik ik om over het eerste heen te zetten. Zo blijven de stekjes lekker warm. Rozemarijn is tenslotte mediterraan. En heeft daarom ook maar weinig water nodig.
Met plakband eromheen is dit ook nog eens prima te vervoeren |
De overgebleven blaadjes bewaar ik voor het volgende gerecht! |
In de eerste paar dagen ging het kleinste, kruidachtige takje steeds slap hangen. In een ogenblik wilde ik het eruit trekken. Toen dacht ik: misschien moet ie gewoon even wennen. Dat was zo, want hij kwam steeds weer omhoog.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten